Mantelzorgers, koester ze!
Federaal
Mantelzorg, vroeg of laat rolt bijna iedereen in de situatie dat zij/hij zorg biedt aan zorgbehoevenden in de eigen omgeving. Sinds 12 mei 2014 is er een wet betreffende de erkenning van de mantelzorger die een persoon met een grote zorgbehoefte bijstaat. Wat die wet concreet inhield was niet duidelijk. Er ontbraken uitvoeringsbesluiten.
De mantelzorgwet van 2012 werd opgefrist door de wet van 17 mei 2019 tot erkenning van de mantelzorgers (BS 02/07/2019, p. 66783-66788). Vanaf 1 oktober 2019 komt er een type van thematisch verlof bij: het mantelzorgverlof. Vanaf dan zullen ook personen die als mantelzorger erkend zijn hun arbeidsovereenkomst tijdelijk volledig of gedeeltelijk kunnen schorsen. De aanvraag tot erkenning gebeurt bij het ziekenfonds met een verklaring op eer. De mantelzorger moet tegelijk aan volgende voorwaarden voldoen:
- Een vertrouwensrelatie of een nauwe, affectieve of geografische relatie opgebouwd hebben met de geholpen persoon.
- Een bestendig en daadwerkelijk verblijf in België hebben.
- Ingeschreven zijn in het bevolkings- of vreemdelingenregister.
De mantelzorger ondersteunt of helpt de geholpen persoon voortdurend of regelmatig.
De geholpen persoon moet erkend zijn als ‘zorgbehoevend’ en moet aan volgende voorwaarden voldoen: zijn of haar hoofdverblijfplaats hebben in België; minstens 21 jaar oud zijn ofwel jonger dan 21 jaar zijn; een score van minstens 12 punten hebben op de medisch-sociale schaal (evaluatie van de zelfredzaamheid met het oog op een inkomensvervangende tegemoetkoming of een integratietegemoetkoming of een tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden) en/of ten minste 6 punten op 18 in de derde pijler die de gevolgen van de aandoening op de familiale omgeving van het kind meet.
De erkende mantelzorger kan zijn arbeidsovereenkomst volledig schorsen, ofwel zijn arbeidsprestaties verminderen met 1/5de of 1/2de. Een KB kan in de toekomst nog bepalen of en onder welke voorwaarden de deeltijder, die erkend mantelzorger is, zijn arbeidsprestaties kan verminderen met 1/5 of de helft van het normaal aantal arbeidsuren van een voltijdse betrekking.
Per zorgbehoevende persoon kan de werknemer/mantelzorger de arbeidsovereenkomst 1 maand volledig schorsen. Via een KB kan vastgelegd worden om die maand te verlengen tot 6 maanden voltijds of 12 maanden 1/5de of 1/2de; verspreid over de volledige loopbaan. De mantelzorger voegt bij zijn aanvraag het bewijs van erkenning als mantelzorger. De uitkeringen worden ook via KB bepaald.
In tegenstelling tot het thematisch verlof wegens medische bijstand moet de geholpen persoon niet noodzakelijk een familielid zijn. De geholpen persoon of zijn wettelijk vertegenwoordiger moet zijn of haar akkoord verlenen met de aangeboden hulp.
Vlaanderen
In Vlaanderen is er een mantelzorgplan 2016-2020 opgesteld met allerlei maatregelen en acties die de mantelzorger moet informeren en ondersteunen, weliswaar ingebed in de vermaatschappelijking van de zorg. Het aantal zorgbehoevenden neemt toe terwijl het aantal mantelzorgers afneemt. De meerderheid van de mantelzorgers bevindt zich in de beroepsactieve leeftijd. Werknemers kunnen gebruik maken van allerlei onderbrekingsperiodes of deeltijds werk maar op financieel vlak betekent dat voor hen wel een aderlating. In Vlaanderen geeft zelfs 20% aan geen betaalde job te hebben omwille van mantelzorg . De beleidsmakers weten dat het vooral vrouwen zijn die als mantelzorger méér zorgtaken op zich nemen, zeker bij zware mantelzorgsituaties en dat zij vooral daarvoor hun beroepsperspectieven aanpassen. Maar willen de beleidsmakers daar iets aan doen? Kennisvergroting van de mantelzorger, de verbetering van de gezinszorg en de aanvullende thuiszorg en de financiële ondersteuning van de zorgbehoevende zijn natuurlijk oké maar we blijven in de kou staan op het vlak van combinatie werk en mantelzorg en het financieel aspect ervan. Vandaar dat het belangrijk is dat de uitkeringen hoog genoeg zijn en dat de onderbrekingsperiodes volledig gelijkgesteld worden voor de pensioenen. Dat is het minst wat de overheden kunnen doen want de economische waarde die de inzet van mantelzorgers vertegenwoordigt is hoog!
Meer info over mantelzorg in Vlaanderen:
Kenniscentrum Mantelzorg; Vlaams Expertisepunt Mantelzorg
Lokaal
In ons dossier over de gemeentelijke mantelzorgpremies onderzochten we in 2017 de criteria die steden en gemeenten gebruiken om die premies toe te kennen. We bekeken ook de genderverhoudingen. In Vlaanderen zijn er naar schatting 600.000 mantelzorgers en een 30.000-tal krijgen een gemeentelijke mantelzorgpremie. 70% van de gemeenten kennen één of meerdere soorten mantelzorgpremies toe. De uitgekeerde bedragen verschillen enorm, ook de voorwaarden om er recht op te hebben. De Vrouwenraad stelt zich daarom enkele vragen: Kan een ‘gelijke’ mantelzorgpremie in elke gemeente gerealiseerd worden, die rekening houdt met het aantal uren dat elke mantelzorger verricht en dit in functie van de graad van zelfredzaamheid van de zorgbehoevende? Of, kunnen de gemeentelijke mantelzorgpremies ingekanteld worden in de Vlaamse Zorgverzekering? Of, kunnen we gaan voor een geïntegreerd financieel ondersteuningsbeleid voor de mantelzorger (van lokaal tot federaal of vice-versa)? En dan is het ook nog van belang om te kijken naar de drie groepen mantelzorgers: de minderjarigen, de beroepsactieven en de gepensioneerden.
Economische meerwaarde mantelzorg
In 2018 organiseerden we een Vrouwenraadrondetafel over de economische meerwaarde van de mantelzorg. We vernamen dat die economische meerwaarde is berekend op:
- 22,7 miljard euro/jaar (5% van het BNP voor België)
- 11,38 miljard euro/jaar voor Vlaanderen = 7x meer dan het budget voor de residentiële ouderenzorg (1,7 miljard euro).
Uit onderzoek van Statistiek Vlaanderen blijkt ook dat het beperkt opnemen van mantelzorg (minder dan 10u/week) een positief effect heeft op het economisch welzijn, terwijl het intensief mantelzorgen (meer dan 10u per week) steeds een negatief effect heeft. Bijgevolg moet een effectief financieel ondersteuningsbeleid voor mantelzorgers afgestemd zijn op de specifieke kenmerken van de zorgsituatie. Armoedebestrijding moet volgens de onderzoekers de rode draad zijn doorheen een krachtig mantelzorgbeleid.
Andere aandachtspunten die aan bod kwamen:
- De mantelzorger is een volwaardige zorgpartner. Er is verschuiving nodig van 1 op 1 relatie tussen arts en patiënt of tussen thuiszorg en cliënt naar een driehoeksverhouding. Mantelzorgers worden nu te veel uitgesloten door arts en/of thuiszorg. Daardoor wordt een verkeerde inschatting van de zorgnood gemaakt. Bij het toepassen van de schalen zeggen zorgbehoevenden vaak dat ze nog ‘iets’ kunnen wat in de praktijk niet meer het geval is en bij die inschatting moet de mantelzorger een rol kunnen spelen. Mantelzorgers moeten ook zelf ingeschaald kunnen worden.
- Er is een tekort aan respijtzorg voor mantelzorgers. Er zijn ook verschillen qua aanbod tussen provincies en gemeenten. Dit moet beter bekend worden.
- Bij de combinatie werk en zorg is de pensioenopbouw tijdens de mantelzorgperiode van belang, ongelimiteerd tijdskrediet en werkbaar werk en mantelzorgvriendelijk personeelsbeleid.
- Door wachtlijsten in de reguliere zorg en bij ambulante diensten vergroot de druk om mantelzorg op te nemen.
- De zware zorgbehoevendheid sleurt mantelzorgers soms mee in de armoede (ook door de vermindering van hun arbeidstijd). Vooral mantelzorgers die inwonen ervaren een hogere druk, ook op gezondheidsvlak.
- Er is in Vlaanderen een evolutie nodig naar een breed geïntegreerd onthaal met medewerking van CAW’s, OCMW’s, mutualiteiten,…
|